In de jaren 40 in het naoorlogs Japan besloot een landbouw wetenschapper dat de conventionele ideeën over agricultuur weleens fout konden zijn en hij startte een interessant experiment. Masanobu Fukuoka wilde proberen om agricultuur op de natuurlijke manier uit te voeren; Zonder te ploegen, zonder (kunst)mest of andere bodemverbeteraars, zonder hardnekkig het onkruid te wieden. Eigenlijk door bijna niets te doen. En wat bleek nou? De oogst was sterker, beter bestand tegen ziektes en zijn kosten gingen omlaag. Door niets doen was het prima haalbaar om een goede oogst te behalen. Fukuoka noemde de methode dan ook “Shizen Noho”, “Do-nothing farming”.
Alhoewel het iets langer duurde voordat dit concept (of varianten daarop) breder werden opgepakt, verschijnen inmiddels ook de eerste lange termijn studies van deze manier van boeren. De oogst zal minder groot zijn, zeker de eerste paar jaren. Daarentegen zal in de lange termijn de bodem minder erosie vertonen, minder uitgeput zijn, minder vervuild zijn en komt er minder stikstof van de bodem vrij. Het komt erop neer dat deze manier van verbouwen meer een morele keuze is dan een functionele: beide methodes zijn economisch vatbaar. De ‘niets doen’ methode geeft minder winst maar laat het land in een betere conditie achter. Korte termijn winst tegenover lange termijn duurzaamheid, een bekend thema vandaag de dag. Maar wat is de reden hierachter? Laten we een korte vlucht nemen door het ecologische rol van de bodem.
Lagen en horizonten
Bodem komt voor in lagen. Lagen met verschillende kleuren, lagen met verschillende composities en verschillende functies. Bladmateriaal en stukjes hout op het maaiveld? Dit zorgt ervoor dat er minder vocht uit de bodem vrijkomt, helpt het materiaal eronder beter af te breken en vormt een toekomstige laag voor afbraak. De schoensmeer zwarte laag onder de afbraak horizonten? Humus, bijzonder rijk aan nutriënten en van groot belang van het plantenleven. Deze lagen zijn het resultaat van de omgeving en het systeem waar de bodem zich in bevindt en de soort lagen vertellen vaak ook een heleboel over het ecosysteem bóven de grond. Veel mechanische en biologische processen zijn verantwoordelijk voor het vormen van deze structuur. De mechanische processen zijn verantwoordelijk voor het ontstaan van het substraat zelf, soms over eeuwen heen. De biologische processen kunnen echter in een korte tijdspanne ontstaan en weer verdwijnen.
De beestjes onder onze voeten
Wanneer we het over biodiversiteit hebben is het beeld dat bij de meeste mensen wordt opgeroepen een groene jungle, elke plant een andere soort en vele diersoorten. Iets waar vaak niet aan gedacht wordt is de rijkheid aan biodiversiteit onder onze voeten. Alhoewel het moeilijk is te kwantificeren bedraagt de bodemdiversiteit een groot gedeelte van de biodiversiteit en zijn er sterke relaties te vinden tussen bodemdiversiteit en ecosysteem services. Net zoals er bovengrondse habitattypes zijn, zijn deze er ook onder de grond, met specifieke organismen op specifieke dieptes (of lagen). Deze organismen zorgen voor allemaal belangrijke ecosysteem services, zoals het afbreken van organisch materiaal, nitraat fixatie voor plantengebruik, of zorgen voor bioturbatie in de bodem zodat nieuw materiaal en substraat beschikbaar komt. Eigenlijk zijn de stappen die we doen om het land te bewerken voor verbouwing dezelfde stappen die natuurlijk ook gebeuren, maar op een veel trager ritme. En dit is niet gelimiteerd aan de enkele worm of mol, een rijke variëteit aan springstaarten, schimmels en bacteriën helpen hieraan mee.
Systeem verstoring
Dus wat proberen we eigenlijk te doen wanneer we een veld bewerken, het bedekken met mest of een gebied met herbi-/pesticiden te besproeien? Eigenlijk proberen we een ideale omgeving te creëren om onze planten daar te laten groeien. Maar zoals dat nu gedaan wordt veroorzaken we ook een enorme verstoring aan het natuurlijke bodemsysteem. Binnen de evolutionaire biologie is er een dunne lijn tussen de juiste hoeveelheid verstoring voor soortrijkheid en te veel verstoring waardoor er weinig soorten goed kunnen overleven. Onze huidige manier van landbewerking lijkt meer op het laatste. Ik denk dat het nuttig kan zijn om na te denken over waarom een specifiek gewas op een bepaalde plek niet goed groeit. Wat voor dynamiek zit er in het bodemsysteem in dat veld? Wat voor omstandigheden zijn er nodig zodat het gewas wel goed groeit? Or proberen we een gewas te forceren op een plek waar die eigenlijk niet hoort te groeien? Met de juiste zorg kan er ook prima gebruik gemaakt worden van de bodem. Wees eens lief voor de bodem. Wees lies, en het geeft ons generaties lang nog plezier.